Het is vanaf 1 oktober 2019 mogelijk om naast het visuele werkgeheugen het verbale werkgeheugen te trainen. Deze taak is ontwikkeld en onderzocht door Brigitte Vugs (zie: https://www.gamingandtraining.nl/publicaties-en-presentaties/).
Braingame Brian kan op twee manieren worden aangeboden: (1) met de visuele werkgeheugentaak, de stoptaak en de schakeltaak; (2) met de visuele werkgeheugentaak, de stoptaak en de verbale werkgeheugentaak. Voordat met de training wordt begonnen moet deze keuze in de database worden aangegeven. Vooralsnog kunnen trainers dit zelf nog niet doen.
Als de training mét de verbale werkgeheugentaak wordt aangeboden dan wordt de Werkbreintaak (de schakeltaak) dus door deze werkgeheugentaak vervangen. Steeds moet dan eerst de visuele werkgeheugentaak (Breinstorm), daarna steeds in dezelfde volgorde achter elkaar de Stoptaak (Energiehart) en de verbale werkgeheugentaak worden gedaan. De verbale werkgeheugentaak heeft een vergelijkbare opbouw in vijf varianten van elk 5 sessies als de visueel-ruimtelijke taak. De eerste variant is het reproduceren van door de computer uitgesproken reeks woordjes. Na elke reeks wordt een rooster van 3 bij 3 plaatjes vertoond met o.a. afbeeldingen van de uitgesproken woordjes. Het kind dient dan de plaatjes in de correcte volgorde aan te klikken. Bij de tweede variant moeten de uitgesproken woordjes in omgekeerde volgorde worden aangeklikt.
Verbale werkgeheugentaak; eerste en tweede variant.
Bij de derde variant worden cijfers en woordjes door elkaar heen uitgesproken. Het kind dient dan eerst de cijfers en dan de woordjes in de uitgesproken volgorde aan te klikken, in twee naast elkaar weergeven 3 bij 3 rooster met respectievelijk de cijfers 1 t/m 9 en de plaatjes die de woordjes uitbeelden:
Verbale werkgeheugentaak; derde variant.
Bij de vierde variant moet een ‘sleutelwoordje’ worden onthouden waarna er een reeks woordjes wordt uitgesproken. Na het aanklikken van de bijbehorende plaatjes wordt er een nieuw 3 bij 3 rooster vertoond waarin het plaatje dat het sleutelwoord verbeeldt moet worden aangeklikt.
Verbale werkgeheugentaak; vierde variant.
Bij de vijfde variant worden zinnetjes opgelezen (bijvoorbeeld: ‘Auto’s kunnen zwemmen’) waarna het kind moet aangeven of de inhoud van het zinnetje ‘Goed’ of ‘Fout’ is. Daarna wordt een 3 bij 3 rooster met plaatjes vertoond waarin de plaatjes die betrekking hebben op het eerste woord in de zinnetjes in de correcte volgorde moeten worden aangeklikt.
Verbale werkgeheugentaak; vijfde variant.